Storm op de camping

Het camping tripje begint veelbelovend. De camping is werkelijk waar adembenemend. Een oase van groen en rust. De bomen suizen de hele dag door de wind. De rivier rolt het grote diepblauwe meer in. Met een grote vriendengroep staan Jake en Tom op de camping in Frankrijk. Eindelijk weer eens gezellig samen op stap. Weg van de dagelijkse beslommeringen en weg van alle beperkingen. Campingstoeltje uitklappen, biertje in de hand en relaxen maar. Lang zal dat relaxte gevoel echter niet blijven hangen. Van de verwoestende storm die op de loer ligt, hebben de mannen geen idee.

Jake en Tom hebben een grote tent gefixt. Het opzetten is een flinke test op de vriendschap. Missende stokken, kromgeslagen haringen. Tentdoek achterstevoren. Kortom: ellende. Maar de mannen geven niet op en als de tent dan eindelijk staat, proosten ze op de klus geklaard. En ze krijgen applaus van hun vrienden die al gierend van het lachen toe hadden staan kijken.

kamperen

Kampvuur

Ze hadden geen idee hoe de volgende dag in één klap alles zou omslaan en er van lachen geen sprake meer zou zijn. Die avond zitten ze rondom het kampvuur en staren de mannen de diepdonkere nacht in. Een deken van sterren en een heldere maan kijken terug. Ze hebben diepe gesprekken en maken goede grappen. Het leven is goed. De volgende dag nemen de mannen een frisse duik in het meer. Even afkoelen. Dat het zachtjes begint te regenen deert ze niets. De temperatuur is nog heerlijk. De regen blijft echter komen en wordt steeds heviger. Jake roept zijn vrienden om toch maar terug naar de tent te gaan. Toch maar even schuilen met elkaar. Aangekomen bij hun tentje komt het water met bakken uit de lucht. Tom baalt er van. Ze zijn hier maar een paar dagen en hier is toch geen bal aan. Gelukkig is de tent groot genoeg en staan ze allemaal droog. Dachten ze. 

Storm

De regen stopt maar niet. Het plenst en het hoost en het houdt niet op. De rivier die langs hun tentje loopt, is een kolkende massa aan het worden. Het water gutst over de oever en wordt hoger en hoger. De bomen zwiepen ruig heen en weer. Weg oase van rust. Het stormt enorm. De haringen vliegen om hun oren. Zo uit de grond omhoog getrokken. Een hele tent vliegt voorbij. En dan zien ze de rivier buiten zijn oevers treden. De sfeer slaat volledig om. Van alle kanten komt het water eraan en de wind wil van de tent een speelbal maken. Alle jongens proberen met man en macht de tent staande te houden. Ze hangen aan de zijkant. Proberen hun slaapspullen en rugtassen enigszins droog te houden. Er is geen houden meer aan. 

Jake en Tom staan bij elkaar en hangen samen aan een kant van de tent. De andere jongens staan allemaal op een hoek en proberen de tent bij de grond te houden. Alle jongens behalve eentje. Er ligt er eentje gewoon te slapen. Midden in de tent. Joshua. Deze trip was zijn idee. Hij wilde gaan kamperen. Hij wilde in een tent gaan slapen. Ook hij had deze camping uitgekozen. De jongens zijn zeer op hem gesteld. De leider van de groep kun je wel zeggen. Maar nu? Joshua slaapt. Dwars door de regen en storm heen. Hoe is het mogelijk?! 

Word wakker!

De jongens schreeuwen naar Joshua maar hij is niet wakker te krijgen. Daar ligt hij rustig op zijn luchtbedje, in zijn slaapzak, hard te snurken. Jake is furieus! Hij rent naar Joshua toen en schudt hem wakker. “Word wakker! Doe ook eens wat! Jij wilde toch zo graag kamperen! Kijk eens wat er gebeurt! De tent vergaat en zo raken we alles kwijt! Straks verdrinken we nog!”

Joshua kijkt verbaasd op. “Waarom zijn jullie bang? Vertrouwen jullie dan niet dat alles goed komt?” De jongens worden boos op Joshua. Achterlijk! Tuurlijk zijn ze bang. Ze willen niet dat ze al hun spullen kwijt raken maar bovenal willen ze gewond raken of erger nog…verdrinken. En vertrouwen op wie? 

Dan staat Joshua op. Hij loopt naar buiten en spreekt streng tegen de wind en regen. “Stil!” De jongens kunnen hun ogen niet geloven. De regen stopt. De wind gaat liggen. De zon breekt door. De kolkende rivier trekt zich terug. Ongelofelijk. Tom, Jake en de andere jongens zijn compleet doorweekt, vies en moe. Maar allemaal kijken we naar Joshua en hebben maar één vraag: Wie is deze jongen?

Ongeloofwaardig?

Het verhaal klinkt misschien een beetje ongeloofwaardig. Wie kan nu het water en de wind laten gehoorzamen? Die Joshua – eerlijk is eerlijk – bestaat niet. Maar het verhaal is niet helemaal verzonnen. Het is een vrije bewerking van een verhaal uit de Bijbel. Daar was geen storm op de camping maar een storm op het meer. En de namen van Tom en Jake zijn eigenlijk Thomas en Jakobus. En wie is dan die Joshua? Lees hier het verhaal zelf. 

Verhaal: Storm op het meer

Jezus stapte met zijn leerlingen in de boot. Het begon hevig te stormen, zodat de golven in de boot sloegen. Maar Jezus lag te slapen. De leerlingen maakten Hem wakker en riepen: “Heer, red ons! We zinken!” Hij zei tegen hen: “Waarom zijn jullie bang? Wat is jullie geloof toch klein!” Hij stond op en sprak streng tegen de wind en het meer. En het water en de wind werden helemaal rustig. De mannen waren stomverbaasd en zeiden: “Wat is Hij toch voor iemand? Zelfs de wind en het water gehoorzamen Hem!” Lees het verhaal hier in de Bijbel.

.

Nieuwsgierig naar deze Jezus? Ontdek hier meer.

Doorpraten of vragen? Stuur ons hier een berichtje.